Titelblad boek Geld, IEB en bedrijfsomgeving

Geld, IEB en bedrijfsomgeving ---- Inleiding in de mondiale economie

Publicatie: Wolters-Noordhoff bv (2005, Groningen/Houten)

Plaatsing op Heterodoxe Gazet Sam de Wolff: 15 juni 2015

E.A. Bakkum is beroepsmatig werkzaam bij het Sociaal Consultatiekantoor, waar hij de functie van zaakwaarnemer vervult. Daarnaast is hij eindredacteur van de web-periodiek Sociaal Vooruit.

Sinds 2005 participeerde uw columnist gedurende enkele jaren wekelijks in de discussies op het internet-forum van de Duitse economieclub Attac. Daar had een handvol idealistische wetenschappers de uitdaging opgepakt om hun economische inzichten te verbreiden onder het volk. Ze schreven dagelijks hun bijdragen, en reageerden ook op de commentaren van bezoekers. Iedereen die aan de bak wilde, mocht meedoen. Zoveel persoonlijke aandacht is perfect voor nieuwkomers, die hun eigen kennis willen vergroten1. Aldus raakte uw columnist geprikkeld door geheimzinnige termen zoals M1 en M3, die kennelijk iets met geld van doen hadden. Het zijn hoge en sterke wallen, die voor het geld niet ommevallen. De fascinatie leidde tot de aanschaf van Geld, IEB en bedrijfsomgeving, een jaar later. Ten einde misverstanden te vermijden, IEB is een afkorting van "internationale economische betrekkingen".

De auteurs W. Hulleman en A.J. Marijs hebben een goede reputatie opgebouwd bij het publiceren van leerboeken voor het hoger beroepsonderwijs. Wat het duo doet, zit pedagogisch gezien goed in elkaar2. En ook in dit boek stellen zij niet teleur. Het is weer voor de bakker. Net zoals in hun andere boeken slagen ze er in om een goede mix te vinden van theorieën, statistische feiten, en voorbeelden uit de practijk. Het geheel wordt verlevendigd met stroomschema's, tabellen, eenvoudige grafieken, en foto's (dit laatste gelukkig niet te veel). Het lezen van dit boek was voldoende om voortaan volwassen te kunnen meepraten op het Attac forum, althans over geldzaken. Trouwens, het helpt ook om meer te begrijpen van onze moderne wereld, waarin de speculatie tot een kunst is verheven, en het RTL nieuws wordt gedomineerd door beursberichten. Men bemerkt in deze tijd, dat elk uit is op zijn profijt.

Wat vindt men inhoudelijk zoal in Geld, IEB en bedrijfsomgeving? Het boek begint met een uitleg van wat geld eigenlijk is, inclusief de vermaledijde termen M1 en M3. Hier staat ook het Nederlandse bankwezen beschreven, althans dat van 2005, want sindsdien zijn in de Grote Recessie de bakens verzet. Vervolgens wordt iets gezegd over het monetaire beleid, dat in het Europa van nu wordt uitgestippeld door de Europese Centrale Bank.. In dit hoofdstuk wordt men voorgelicht over onder andere de veelbesproken Euribor rentevoet. Nadat aldus de financiële wereld in kaart is gebracht, pakken de auteurs het thema van de internationale handel aan. Hier wordt ook de bekende theorie beschreven van de comparatieve voordelen, die een staat kan benutten ten opzichte van zijn handelspartners. Internationale handel loont. Wie enkel thuis koopt, wordt gestroopt. Die met de bakker eet, weet niet wat het brood kost.

Vervolgens keren de auteurs terug naar het geld, en beschrijven de handel in valuta. Vrije wisselkoersen leiden nogal eens tot instabiliteit. Omgekeerd vereisen vaste wisselkoersen, dat het monetaire beleid van de betrokken staten convergeert. De oplettende lezer heeft dit ongetwijfeld gemerkt in de recente publieke schuldencrisis, die uiteraard ontbreekt in deze vierde druk. Nadat aldus ook de internationale zijde van het geldwezen is verklaard, komt de vermogensmarkt aan de orde. Wie spaart, die vergaart. Men wordt er ingewijd in spannende en schimmige termen, zoals de onderhandse markt. Dit hoofdstuk wordt gevolgd door het boeiende thema van de internationale samenwerking. Sinds de Grote Depressie van het interbellum wordt er levendig gedebatteerd over dit soort samenwerking en integratie. Zowel wetenschappelijk als politiek probeert men een optimaal beleid te vinden, en die historische zoektocht levert nuttige stof op voor wie tijd over heeft3.

De laatste drie hoofdstukken zijn gewijd aan de risicobeheersing, van respectievelijk de rentevoet, de valutakoersen, en de economische ontwikkeling van staten. Men zoekt naar vuistregels. Bak bijtijds en leen geen brood. Hoewel recent veel inspanning is verricht voor de ontwikkeling van risicotheorieën, beperken deze hoofdstukken zich tot het geven van een globaal overzicht. Men wil prognoses maken van de conjunctuur, maar die zijn notoir onbetrouwbaar4. Als in januari de vorst niet komen wil, dan zeker in april. Overigens wordt de conjunctuur zelf hier niet uitgelegd; daarvoor moet men de andere boeken van het auteursduo raadplegen.

Het geheel overziend kan samenvattend worden geconcludeerd, dat Geld, IEB en bedrijfsomgeving niet bepaald leest als een roman. Het thema laat dat simpelweg niet toe. Waar de bakker woont, komt de brouwer niet. Maar Hulleman en Marijs doen hun best, en zorgen tenminste voor helderheid. Men moet dat niet bagatelliseren, want bij veel van hun collega's lukt zelfs dat niet. Daarom mag het boek worden aangeraden aan iedereen, die belangstelling heeft voor de mondiale economie, en wil meepraten met enig verstand van zaken.

  1. Vermoedelijk hoopten de beheerders van het forum dat er een soort volksuniversiteit zou ontstaan. Maar het ideaal was te mooi om waar te kunnen zijn. Afgezien van een verdwaalde bezoeker zoals uw recensent en een mysterieuze continue stroom van aanmeldingen op de lijst van deelnemers bleef het forum een gesprek tussen de oprichters. Bovendien hadden die onderling niet bijster veel gemeenschappelijk, afgezien van onvrede met wat is. Het bleek dat zeer weinigen zijn geroepen om zonder enige beloning anderen te verheffen uit de onwetendheid. Geleidelijk haakten de beheerders af, tot nog slechts uw recensent en enkele zweverige utopisten waren overgebleven. Kennelijk deugt het internet niet als een spontane ontmoetingsplaats. Met hopen alleen komt geen zaad in het bakje. Daar waar er levendige fora ontstaan, is er gewoonlijk sprake van een kunstmatige façade, die heimelijk wordt volgeschreven door beroepskrachten en hun aanhang. Toch was het Attac forum een parel, die indruk heeft gemaakt op uw recensent, en zelfs heeft het gestimuleerd tot de lancering van het politieke forum Sociaal Vooruit, in 2011. (terug)
  2. Ergens is dat begrijpelijk, want onderwijs is een bron van vreugde. Zo is daar de bak van de schele onderwijzeres, die haar pupillen niet in bedwang kon houden. Of de docent verzucht: "Als de studenten in de achterste banken zo stil waren als degenen die in de middelste banken hun tijdschriften lezen, dan zouden de studenten in de voorste banken kunnen slapen". Docenten zijn een zeldzaam slag. Bijvoorbeeld vraagt een docent aan zijn collega om enkele tabletten van acetylsalicyclisch zuur. De collega vraagt: "Je bedoelt aspirines?" De eerste docent roept: "Dat is het! Ik kan die naam nooit onthouden". Het begint al bij de opleiding. In de zeventiger jaren omschreef de cabaretier Wim Kan de studenten als "mensen die ruiten ingooien bij gevestigde firma's waarvan ze later directeur hopen te worden". Maar andere definities zijn even goed, bijvoorbeeld "mensen die zich slap lachen om een brand in de keuken". Of: "mensen die om zes uur 's-ochtends niet opstaan, maar uitgeput in bed vallen". Of: "mensen die geen idee hebben wie er allemaal in hun huis slapen". En "diegenen, voor wie de beste fles wijn die is van twee euro". Een gezakte student klaagt over "de onverzadigbare nieuwsgierigheid van de examinatoren". Zoals de Engelse dichter C. Patmore schreef: "Nothing remains with man unless it is insinuated with some delight". (terug)
  3. De Gentse protestzanger Walter de Buck heeft er weinig vertrouwen in, en zingt in 't Es al van macht: Ge peinst allene op u eige, / op uw cens en profijtjes krijge, / voor de reste stoord' u aan niets, / als ge maar veel verdient / en die geeft es uwe vriend. / En al gaat de wereld dood, / zelfs dà es u gene nood, / en zelfs liever dood dan rood ... / 't Es al van macht, 't es al van geld, / van schone woorden en van geweld. / 't Es het leven niet, dat hier telt. (terug)
  4. En de cabaretier Jaap van de Merwe dicht in Daarom rinkelt het bij mij: Meneer Prut, van beroep wapenmaker, / u loopt nu in de A.W.W.. / Maar waar komen die kapitalen toch vandaan, / die u vergokt in 't casino te Knokke aan Zee? / Oh ... ik kan wel eens auto's importeren, / half gekreukeld, gedeukt, een breuk of zo ... / Klanten zàt na onzichtbaar repareren! / Ik de winst en zij de rest van 't risiko. / Eb daarom rinkelt het bij mij / in de broekzak opzij. / 't Loon van spaarzaam en oppassend zijn. / 't Luie geld waaraan geen bloed kleeft / (tenminste niet het mijne). / De fiskus doet 't in 't groot / en ik in het kleine ... (terug)